Kamana – in grijze trui – heeft vanaf haar 7e jaar in het kinderhuis. Haar vader overleed toen ze vier jaar oud was. Korte tijd daarna kreeg haar moeder te horen dat ze besmet was met HIV/Aids en niet lang meer te leven had. Kamana’s moeder overleed nog in datzelfde jaar. Vanaf die dag werd de kleine Kamana verzorgd door haar oude en gehandicapte grootmoeder, in een verwaarloosd hutje op het platteland. Dorpsbewoners riepen de hulp in van OHP. Toen Kamana’s oma ook overleed werd Kamana opgenomen in het kinderhuis. Als klein kind was ze vaak depressief en heel bang om ook snel dood te gaan. Inmiddels is ze op gegroeid tot een zelfverzekerde tiener. Ze kan prachtig zingen en haar droom is om zangeres te worden. De twee andere meiden zijn vriendinnen die ook in het kinderhuis woonden.